Ons bewustzijn gebruikt overtuigingen om na een waarneming beter te weten wat te doen. ‘Een leeuw is gevaarlijk’ bijvoorbeeld, zorgt er voor dat je je onveilig voelt als er een leeuw op je af loopt. Je zal je waarschijnlijk snel uit de voeten maken! Deze overtuiging is heel helpend, want als iedereen zelf moest ontdekken dat een leeuw in staat is je op te eten, dan was de mensheid snel uitgestorven…

We nemen bijna elk moment wel een nieuwe overtuiging aan of stoppen weer met het geloven van een overtuiging. Oordelen, associaties, weerstanden, verlangens, etc. We nemen ze aan en we laten ze weer los.

Overtuigingen passen we aan als daar bewijs voor is. Als je ziet dat een kind een rotstreek uithaalt, dan label je dat kind wellicht als ‘vervelend’. Als je ziet dat datzelfde kind even later zijn zusje geduldig helpt van de schommel af te klimmen, dan zal je je overtuiging over hem vast aanpassen. Dat doe je, omdat je bewijs hebt. Je hebt iets gezien, gehoord, gevoeld en daardoor pas je je overtuigingen aan.

We zijn echter in prima staat een overtuiging aan te nemen zonder bewijs. Dat komt dan aan op wilskracht, want je zal zelf moeten besluiten dat deze overtuiging voor jou waar is. Neem bijvoorbeeld de overtuiging “Ik ben gelukkig!”. Je kan besluiten dat nu te geloven. Waarschijnlijk ploppen er allerlei gedachten op die je ervan weerhouden dat het zo is. ‘Ja, maar ik ben net ontslagen, mijn partner is vreemdgegaan, mijn kind is van school gestuurd! Dan kan ik toch niet gelukkig zijn!?’ Je kan besluiten om dat te zien als een bewijs is om niet gelukkig te zijn, maar je kan net zo goed besluiten dat je, ondanks deze interessante gebeurtenissen, toch heel gelukkig bent. ‘Ja, maar…!’ roept je bewustzijn, ‘als ik ondanks alle bewijzen toch zou geloven dat ik gelukkig ben, dan hou ik mezelf toch voor de gek?’

Iets gaan geloven ‘zonder bewijs’ kan voelen alsof je jezelf voor de gek aan het houden bent. Maar is niet elke overtuiging die je gelooft een vorm van jezelf voor de gek houden? Overtuigingen zijn nooit absoluut waar. Ze zijn een toevoeging aan de werkelijkheid, zodat jij in staat bent de juiste dingen te doen. Zolang ze jou helpen, zijn ze zeker niet gek!

Jezelf voor de gek houden gebeurt dus alleen als je besluit iets te geloven terwijl je ergens weet / voelt dat die overtuiging niet klopt, dat ze je niet gaat helpen. Je zou namelijk zomaar kunnen geloven dat je enkel door je armen te bewegen kan vliegen. Maar ergens weet je wel dat dat niet zomaar kan. Als je dat negeert, dan hou je jezelf voor de gek.

Geloof dus wat je wilt geloven! Luister goed naar de ‘ja maars’, onderzoek of deze echt waar zijn en laat ze los als dat niet zo is. Op een gegeven moment zijn er geen ‘ja maars’ meer over en op dat moment ervaar je dat de werking van deze overtuiging. Waarschijnlijk was de laatste ‘ja maar’ er eentje in de trant van ‘kan dit zomaar? Hou ik mezelf niet voor de gek?’ Nou, niet anders dan normaal…

Categorieën: Blog

0 reacties

Geef een reactie

Avatar plaatshouder

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *